Nico Schoenmakers - Jeffrey van Swieten |
In de B-groep
een partijfragment dat zo lijkt weggelopen uit de Stappenmethode.
![]() |
Sara Martinez - Hans Thuijls |
De Wageningse
jeugdspeelster Sara Martinez is met
wit een stuk achterop geraakt, maar hoopte dat met de paardvork 1. Pc7 (deels) terug te kunnen winnen.
Haar tegenstander Hans Thuijls had goed gezien dat hij zich hiertegen kon
verdedigen met een tegenaanval: na 1. …,
Lb7 (dekt a8 en valt tegelijk g2 aan) is het uit.
Nog een
fragment uit de B. Hans Eshuis was
met wit snel klaar tegen Karel van Delft.
![]() |
Hans Eshuis - Karel van Delft |
Een spannend
slot was te zien in de partij Rudy
Simons – Bram de Vries (A-groep).
![]() |
Rudy Simons - Bram de Vries |
Wit staat
goed, maar hoe nu verder? Hij probeerde het forcerende 1. c4 waar zwart ongelukkig op reageerde met 1. …, Pe3 (voldoende voor gelijkspel was 1. …, Dxf7 2. Txf7, Kg8).
De partij vervolgde met 2. Df6+, Dg7 3.
Dd8+, Dg8 4. Df6+, Dg7 en nu berustte wit in remise na 5. Dd8+ – de stand op de klok zal meegespeeld hebben. Wit had een
gewonnen eindspel kunnen bereiken met het fraaie 5. Pxc5, Pxf1 6. Txf1.
In de B-groep
weer een partijfragment dat zo lijkt weggelopen uit de Stappenmethode – of toch
net niet?
![]() |
Johan Mostertman - Ralf Siepen |
De
diagramstelling komt uit de partij Johan
Mostertman – Ralf Siepen. Oppervlakkig beschouwd zou je kunnen denken dat
wit hier de standaardtruc 1. Lxb5 heeft. Als zwart de loper slaat, heeft de
a-pion een vrije doortocht. Maar dat blijkt bij nadere beschouwing niet
helemaal te kloppen: na 1. …, axb5 2. a6, Pd8 3. a7, Pc6+ blijkt de witte
koning uiterst ongelukkig te staan, tenminste voor deze “standaardtruc”. De
koning staat namelijk optimaal voor de partijvoortzetting 1. e5+, fxe5 2. fxe5+ en zwart gaf op.
In de partij Jozef Czarnik – Dimitri van Leent
(A-groep) kon zwart wel kiezen uit twee winstwegen.
![]() |
Jozef Czarnik - Dimitri van Leent |
Zwart speelde hier 1. …, g2. Het alternatief was 1. …, Ta1+ 2. Ke2, Txh1 3. Lxh1, Kh3 4. Le4, Kh2 en zwart wint. Na de partijzet had wit 2. Lc8+ kunnen proberen, maar 2. …, Kg5 (de enige!) 3. Tg1, Kf4 wint dan voor zwart. Na 2. Lxg2, Txg2 3. Kf1, Ta2 was wit “gesqueezed”, en hij gaf dan ook op.
![]() |
Gabriël Krouwel - Ansgar Mohnkern |
Na een zet
als 1. …, a5 staat zwart behoorlijk. Maar 1.
…, Da4 gaf wit de kans toe te slaan: 2.
Pxe6, Dd7 3. Dxf5 en zwart gaf op.
In de B-groep wist Raimond Vastenhout met zwart te profiteren van al te experimenteel openingsspel van zijn tegenstander Ron van Dijk.
![]() |
Ron van Dijk - Raimond Vastenhout |
1. …, Pb4 2. d3 Begrijpelijk wil wit het paard van d3 afhouden, maar toch was 2. 0-0 een betere poging geweest. 2. …, c4 3. dxc4, De3+ Ook 3. …, dxc4 is niet mis. 4. Kf1, Pd3 En hier is 4. …, Lf5 een alternatief. 5. Dd2 5. Ld4 werkt niet vanwege 5. …, Dxd4. 5. …, Dxd2 6. Pbxd2, Pxb2 en zwart wist zijn voordeel in het vervolg te verzilveren.
De vierde ronde is begonnen, maar we beginnen nog even met een partij uit de derde ronde. Quirine Naber speelt een goed toernooi in de A-groep. Op het eind van haar partij, met wit tegen Jonas Hilwerda, lette ze echter even niet op, en helaas voor haar had dat grote gevolgen.
![]() |
Quirine Naber - Jonas Hilwerda |
Na een zet
als 1. Ta3 is de stelling in evenwicht: geen van beide spelers kan hier
vorderingen maken. Wit dacht met 1. f3
ook een rustig wachtzetje te doen, maar kwam bedrogen uit: na 1. …, Td5 is mat ineens niet meer te
verhinderen…
In groep A halveerde de kopgroep. In de topduels bleven Merijn van Delft, David Miedema, Thomas Beerdsen, en Lars Vereggen overeind. In groep B wist alleen Nico Schoenmakers zijn derde zege te boeken.
Van Rudy
Bloemhard ontvingen we een fragment uit de derde ronde. De onderstaande
aantekeningen zijn gebaseerd op zijn opmerkingen.
![]() |
Lars Vereggen - Rudy Bloemhard |
Deze stelling
kwam op het bord in de partij Lars
Vereggen – Rudy Bloemhard. Zwart staat moeilijk – er dreigt bijv. Tg6 en
Txh6 – maar hij weet nog een venijnige truc in de stelling te vlechten. 1. …, Le8 2. Tg6, Kh7 3. Ld1, Te7 Nu
lijkt 4. Lc2 op slag beslissend, maar wit zag hiervan af en speelde 4. Tg3 en won de partij. Een goede
keuze, want op 4. Lc2 had zwart 4. …, Lxg6 klaarliggen: na 5. Lxf5, Lxf5 staan
wits stukken dermate ongelukkig dat het ineens zwart is die gewonnen staat! Zie
bijv. 6. Df1, Le4 7. Tg2, g5 8. Kg1, Lxg2 9. Kxg2, gxf4+.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten